Waterput

Een waterput of ook wel waterwinput is meestal een gegraven of geboord gat in de grond om grondwater te kunnen gebruiken. Daarnaast bestaan er waterputten die tot doel hebben hemelwater te verzamelen (regenput). Ze dienen in de eerste plaats voor de voorziening van drinkwater.

Als het grondwater zich vlak onder de aardoppervlakte bevindt, wat meestal het geval is in vochtige omgevingen, is het grondwaterpeil door vrij eenvoudig graafwerk gemakkelijk te bereiken. De gegraven put wordt dan meestal ook ingesloten door bakstenen, zodat het gegraven gat over de hele lengte van de put smal kan blijven en ook niet instort als de grond zelf vochtiger wordt en dus minder vast. Zo’n put noemt men een welput. Meestal zijn ze een paar meter diep.

In de bergen stroomt het water langs de berghellingen naar beneden. Daar wordt het grondwater dan meestal door watervaste lagen van klei opgesloten. Als men dan in een vallei van zo’n berghelling een put graaft loopt het water de vallei in en loopt de put vol. Zo’n waterput noemt men dan ook wel “stromende grondwaterputten”.

Gebruik van de waterput

Water uit een klassieke waterput wordt meestal met een emmer via een katrol of windas omhoog gehaald. Als het grondwater echter dieper zit, wat meestal bij drogere omgevingen het geval is, is het grondwaterpeil te bereiken door zinken pijpen aan te leggen. Het water zal dan worden opgepompt met een waterpomp. Bij echt droge omgevingen kan het grondwaterpeil tot op honderden meters onder het aardoppervlak liggen.

In de prehistorie groef men in de buurt van de woning vaak een waterkuil. De bodem daarvan lag flink onder het peil van het grondwater, zodat er altijd water in de kuil stond. De opvolger van de waterkuil is de boomstamput. Gedurende de Middeleeuwen en nog lang daarna werden waterputten, naast oppervlaktewater, algemeen gebruikt om in de waterbehoefte te voorzien. Water uit waterputten werd ook wel gebruikt als bluswater. Sinds de industriële revolutie is de klassieke waterput in de westerse wereld nauwelijks nog in gebruik. Op het platteland ziet men ze nog wel bij oude boerderijen. Veel steden en dorpen hebben nog één of meer oude waterputten, vaak met karakteristieke pomp, bewaard.

In derdewereldlanden is de waterput vaak een belangrijke schakel in de strijd om het bestaan.